Тиммерманс, Феликс

Родился в бельгийском городе Лир 5 июля 1886 года в многодетной семье. Феликс в семье был тринадцатым из четырнадцати детей. Учился в художественной школе в городе Лир около Антверпена.

Площадь Феликса Тиммерманса в городе Лир (Бельгия)

Феликс Тиммерманс был писателем- самоучкой, писал пьесы, исторические романы, религиозные произведения и стихи. Он был не только писателем, но и талантливым художником.

В 1910 году вышла первая книга «Сумерки смерти», пронизанная пессимизмом. Его самая известная книга — это приключенческая книга «Паллитер» в духе Ойленшпигеля, прославляющая радость жизни (1916).[7]

С 1925 член-корреспондент Королевской фламандской академии наук и искусств Бельгии.

Автор повестей «Прекрасные часы в жизни госпожи Симфорозы» (1918), «Я увидел, как пришла Цецилия» (1938), романа «Крестьянский псалом» (1935), исторических романов «Анна-Мария» (1921), «Арфа святого Франциска» (1932), «Семья Хернат» (1941) и романов из жизни художников «Питер Брейгель» (1928) и «Адриан Брауэр» (1948).[8]

После выхода нескольких изданий автор по требованию католического духовенства отказался от своей книги «Паллитер» (1916). Все его последующие произведения оказались не столь удачными. В 1976 году создан фильм по роману Ф.Тиммерманса «Паллитер». Режиссёр фильма — Роланд Верхаверт, сценарист — Хуго Клаус.[9]

Наиболее известные произведения Феликса Тиммерманса: «Анна Мария» (Anna Marie, 1921), «Младенец Христос во Фландрии» (Het ikindeken Jezus in Vla anderen, 1917), «Особо прекрасные часы барышни Симфароза» (De zeer schoone uren van Juffrouw Symfarosa, 1918), «Священник из цветущего виноградника» (De pastoor nit den bloeyenden Wijngaerdt, 1923). Библиография : II. Rutten T., Felix Timmermans, Groningen.

В 1928—1939 годах ездил по Европе, встречался с многочисленными читателями.

В годы Второй мировой войны посещал Германию, участвовал в коллаборационистском Веймарском собрании поэтов 1941 г. и получил литературную премию Гамбургского университета (1942). После войны подвергался нападкам со стороны общественности Бельгии за связь с немцами в период оккупации, от ареста писателя спасла тяжёлая болезнь, приковавшая его к постели.[10]

Писатель умер в Лире 24 января 1947 года в возрасте 60 лет.

• 1907: Door de dagen. Indrukken van Polleke van Mher (poems)

• 1909: «Ecce-Homo» en het bange portieresken (later opgenomen in «Begijnhofsproken»)

• 1910: Schemeringen van de dood

• 1912: Begijnhofsproken (omvattend: Binnenleiding — De waterheiligen — De sacrificie van zuster Wivina — De aankondiging of de strijd tussen Elias en de Antikrist — «Ecce-Homo» en het bange portieresken — Van zuster Katelijne en 't Lievevrouwken — Het fonteintje — Buitenleiding)

• 1916: Pallieter (roman)

• 1917: Het kindeke Jezus in Vlaanderen
• 1918: De zeer schone uren van juffrouw Symforosa, begijntje

• 1919: Boudewijn (animal fable in verse)
• 1921: Anna-Marie

• 1921: Karel en Elegast (adaptation)

• 1922: De vier heemskinderen (adaptation)

• 1922: Uit mijn rommelkast. Rond het ontstaan van «Pallieter» en «Het kindeke Jezus in Vlaanderen»

• 1922: Mijnheer Pirroen (theatre play)

• 1923: Driekoningentriptiek

• 1923: De ivoren fluit (short stories)

• 1924: De pastoor uit den bloeyenden wijngaerdt

• 1924: Pieter Brugel. Speech given on 31 May 1924

• 1924: Het keerseken in den lanteern (omvattend: De nood van Sinter-Klaas — Het masker — Het nachtelijk uur — In de koninklijke vlaai — 't Nonneke Beatrijs — Het verbeternishuis — De eeuwige stilte — Het eerste communiekantje — Het verksken — De begrafenis van Matantje — De verliefde moor — Zomerkermissen — O. L. Vrouw der visschen — Landelijke processie — De kerstmis-sater — Sint-Gommarus — De kistprocessie — Ambiorix)

• 1924: En waar de sterre bleef stille staan (theatre play)

• 1924: Het kleuterboek. Rijmpjes

• 1925: Schoon Lier

• 1925: De oranjebloemekens (in Vierde Winterboek van de wereldbibliotheek)

• 1926: Naar waar de appelsienen groeien

•  ?: In De Fortuin

• 1926: Het hovenkierken Gods

• 1926: Leontientje (theatre play)

• 1928: Pieter Bruegel, zoo heb ik uit uwe werken geroken

• 1929: Het werk van Fred Bogaerts (introduction by Felix Timmermans)

• 1930: De hemelsche Salomé (toneelspel)

• 1931: De wilgen (In «De stad»)

• 1932: De harp van Sint-Franciscus

• 1933: Pijp en toebak (omvattend: De lange steenen pijp — Rond een plaats van portier — Het konijn — Het geheim der wilgen — In 't Kruis, café chantant — Het liefdekabinet — De moedwillige verkenskop — De heilige kraai — De dinsdagsche heilige — Het gehiem — De oranjebloemekens — Mademoiselle de Chanterie — Twee vertellingen voor mijne kinderen: De uil, Het zegevierend haasje)

• 1934: De kerk van Strijthem (In Kerstboek 1934)

• 1934: Bij de krabbekoker

• 1935: Boerenpsalm

• 1936: Het Vlaamsche volksleven volgens Pieter Breughel

• 1937: Het jaar des heeren (Karl Heinrich Waggerl — translated from German)

• 1938: Het kindeke Jezus in Vlaanderen (adapted to theatre by Karl Jacobs)

• 1938: Het filmspel van Sint-Franciscus (theatre play)

• 1941: De familie Hernat

• 1942: Vertelsels (heruitgegeven in 1986) (comprises: De goede helpers, Perlamoena, De juwelendiefstal, De uil, Prinses Orianda en het damhert, Jef soldaat, Sint-Nicolaas en de drie kinderen, De dag der dieren, Anne-Mie en Bruintje, Het visserke op de telloor, Onze-Lieve-Heer en de koei, De bende van de Onzichtbare Hand, Het verken als kluizenaar, Pitje Sprot, De nood van Sinterklaas, Het zegevierend haasje, Het verkske, Jan de kraai)

• 1942: Kindertijd (story in Bloei)

• 1943: Die sanfte Kehle (theatre play, original title: De zachte keel) (republished in 2006 by the Felix-Timmermans Kring)

• 1943: Minneke-Poes

• 1943: Oscar Van Rompay (essay)

• 1943: Isidoor Opsomer

• 1943: Pieter Bruegel (theatre play)

• 1943: Een lepel herinneringen

• 1944: Anne-Mie en Bruintje

• 1945: Vertelsels III

• 1947: Adagio (poems)

• 1948: Adriaan Brouwer

• xxxx: Lierke-Plezierke

• 1965: Brevarium (omvattend: De zeer schone uren van juffrouw Symforosa, begijntjen — Driekoningentryptiek — Het hovenierken Gods — Ik zag Cecilia komen — Minneke Poes)